Mijn naam is Wim Steverink geboren op onze boerderij in de Noordoostpolder als vierde van vijf kinderen in 1961. Mijn ouders kwamen uit de Gelderse Achterhoek om hier in de polder een boerderij op te bouwen.

Mijn vader was een echte pionier en zeer ondernemend zoals zovelen van zijn collega’s met hetzelfde doel voor ogen. Je kunt nu nog steeds merken dat de polderbevolking over het algemeen uit datzelfde hout is gesneden, heel bijzonder. Ik zie mijzelf ook zo en ervaar dat voortdurend.

Wat is het een voorrecht om geboren te worden in een liefdevol gezin op een boerderij met de beste grond van West Europa waar de vrijheid en de kansen voor het oprapen liggen..

In mijn vroege jeugd op een zomerse dag tijdens het wieden van de suikerbieten kwam bij mij een droom op dat ik kon bouwen wat ik maar wilde. Ik had al veel geëxperimenteerd met m’n Mecano,

Ik heb een voorliefde voor techniek. Kort daarna bouwde ik onderdelen voor een motorfiets maar m’n gevoel voor nuances moest zich nog ontwikkelen. Toch vond ik nuances zoals materiaalkeuze, materiaalzwaarte door sterkteberekeningen, esthetiek, en stijl vanaf het begin heel belangrijk. Achteraf denk ik dat dit mijn pure liefde voor techniek is.

Ik had ook het geluk dat ik muzikaal ben en muziekles kreeg. Ik speelde trompet en later ook piano. Voor trompet spelen, hoewel een lastig instrument, had ik een voorliefde. Na de fanfare, de bigband, onze jazzband en nog vele andere bandjes en projecten ben ik altijd muziek blijven maken met veel plezier. Maar toch won de techniek het altijd van de muziek. Misschien ook wel omdat mij ooit werd gezegd dat er met muziek maken geen droog brood te verdienen is. Eerlijk gezegd kon ik uren per dag en eindeloos op m’n trompet spelen. Tegenwoordig speel ik meer piano als nieuwe uitdaging.

In mijn jonge jaren was ik niet zo’n serieus werker en via de weg van de minste weerstand ging ik eerst de boerderij overnemen, mijn vader vond dat ook wel prettig omdat er anders geen opvolger was. Ik had ook geen hekel aan het werk op de boerderij. Maar na enkele jaren besefte ik dat het boerenwerk mij te weinig uitdaging gaf en ik besloot om de techniek in te gaan. Gelukkig stond mijn vader daar ook helemaal achter.

Op de boerderij had ik veel machines en mechanisatie zelf gebouwd. Daarnaast had ik ervaring opgedaan met de praktische werking van landbouwmachines en de verscheidenheid aan grondsoorten met hun specifieke eigenschappen en problemen. Deze kennis was een prima basis met bagage om me nog meer te specialiseren in machineontwikkeling voor de landbouw.

Ik bouwde en knutselde ook veel voor boeren en particulieren in de directe omgeving, ze wisten me altijd te vinden.

In 1987 kwam in onze buurt een nieuwe bewoner die kort daarvoor een eigen bedrijf was gestart, in het bouwen van grondboormachines. Na een kennismaking was er al snel een match en binnen de kortste keren was ik chef werkplaats in zijn bedrijf. Het gras was écht groener. Nu wist ik het zeker, ik ging verder in de techniek. Na 5 jaar bij hem gewerkt te hebben wilde ik toch graag voor mezelf beginnen. De grond ging naar de buren en de bestemming van onze voormalige boerenerf mocht gewijzigd worden in “montage” dus kon ik van start. Dat was september 2001 onder de naam: Steverink Techniek. Al snel was ik bezig met allerlei klussen op maat vooral bij een timmerfabriek waar ik heel veel machines verbeterde om efficiënter te werken. Later bouwde ik voor deze klant een “hoekijzermontagemachine” zodat bespaard kon worden op manuren. In 2003 bouwde ik mijn eerste onderstammenrooier ook wel bomenrooier waar nu dd. 22-10-2016 nummer 8 net afgebouwd is.

Gemiddeld dus 1 machine per 2 jaar. Deze machines hebben voor een prima mond tot mond reclame gezorgd zodat ik nog meer vragen kreeg voor het bouwen van specifieke machines voor specifieke doeleinden. Vaak vinden klanten de machine op voorhand te duur, dus begin ik in een voorgesprek al snel met de vraag naar het beschikbare budget. Klanten begrijpen het wel en soms komt een klant na een tijdje terug om toch door te zetten. In de praktijk hebben ze dan achteraf geen spijt als een machine terugverdient wordt en de werkwijze door de machine flink verbeterd is.

Het was erg prettig dat ik gevraagd werd bij het helpen bedenken en bouwen van een brandnetel verwerkingsinstallatie. Een volslagen nieuw principe in een avontuurlijke sfeer waar wel het maximale werd verwacht. (moeilijk te definiëren). Later heb ik voor een tweede bedrijf een nog grotere machine voor dit doeleind gebouwd ongeveer volgens hetzelfde principe.